Ik ben heel erg gefascineerd door het kosmisch Intelligentieveld; het oneindig energieveld waarin we allemaal leven en met elkaar verbonden zijn. De kwantumfysica noemt dit het kwantumveld. Ik was dan ook ontzettend blij toen ik dit boek vond dat zich niet zozeer focust op het veld zelf maar op de intelligentie ervan.
Dit boeiende boek neemt je mee op reis naar de ongelooflijke rijkdom van het leven op aarde en stelt de vraag of ‘intelligentie’ daarin een rol speelt. We gaan er allemaal wel vanuit dat sommige diersoorten zoals kraaien en dolfijnen over specifieke vaardigheden beschikken die doen denken aan een zekere graad van intelligentie. Maar dat intelligentie een wezenlijk kenmerk is van de natuur zelf en dus geldt voor alle levende wezen is voor veel mensen een nogal vergaande gedachte.
Is een cel eigenlijk intelligent?
Romain Goorman neemt je eerst mee naar de wereld van de cellen. Planten, dieren en mensen zijn immers allemaal opgebouwd uit cellen. Is een cel intelligent? Ons lichaam bestaat uit 30.000 miljard cellen die zichzelf voortdurend vernieuwen. Na zeven jaar zijn ze allemaal vervangen. (Overigens roept dit de interessante vraag op wie we eigenlijk zijn als na zeven jaar alle cellen van ons lichaam vervangen zijn door nieuwe. Bevindt de essentie van ons wezen zich misschien buiten het materiële vraagt de auteur zich af. Maar dit even terzijde.)
Hoe weet een groepje cellen van de buitenste vierde rib van een kat wat voor vorm die moet krijgen?
Het functioneren van een cel is zo complex dat wetenschappers het nog maar ten dele begrijpen. Laat staan de efficiënte samenwerking tussen miljarden cellen om een volledig organisme te ontwikkelen en laten functioneren. Slechts één enkele cel lijkt al op een enorm ingewikkelde ‘fabriek’ waar de auteur een sprekend voorbeeld van geeft. Kortom: dit gaat gewoon ons verstand te boven. Dat cellen echter intelligent gedrag vertonen is zo goed als zeker want zo’n complexe fabriek zou veranderen in chaos als er geen sturende intelligentie aan ten grondslag ligt.
Dat cellen intelligent gedrag vertonen is zo goed als zeker.
Is materie intelligent?
Als de bouwstenen van alle leven intelligentie vertonen dan is het aannemelijk dat intelligentie overal in het leven aanwezig is stelt de auteur. Dit zou betekenen dat planten en dieren ook intelligent gedrag kunnen vertonen. Maar niet-levende materie zoals bergen dan rivieren dan? Is materie eigenlijk intelligent?
Als we dieper de cel in duiken komen we uit bij de vijf soorten atomen waaruit het DNA is uit opgebouwd: koolstof, waterstof, zuurstof, stikstof en fosfor. Zit daar intelligentie in verstopt? Helaas, duiken we deze atomen in op zoek naar intelligentie dan komen we daar vrijwel alleen maar leegte tegen. Een atoom bestaat namelijk voor 99,999% uit ‘niets’ en slechts 0,001% uit sterk geconcentreerde, vibrerende energievelden.
Als we alle atomen uit het menselijk lichaam bij elkaar persen houden we maar een speldenkopje over.
Ook de binnenkant van materie, een atoom, blijft dus voor ons verstand en onze apparaten grotendeels onbereikbaar en een mysterie stelt de auteur. Wat nu?
Is intelligentie dan misschien een energieveld?
Het lijkt erop dat we intelligentie moeten zoeken in de energievelden van de atomen. Maar ook hiervan weten we niet precies hoe het werkt. “Niemand weet precies wat er zich afspeelt in de ruimte tussen een magneet en een stalen spijker op het moment dat we de spijker in het magnetisch veld van de magneet brengen” schrijft de auteur. We leven in een dikke soep van onzichtbare energievelden, denk aan zwaartekrachtveld, microgolven, radiogolven, gps enz. maar kunnen ze niet waarnemen. Daarbij hebben we ook een eigen energetisch veld om ons heen. Al deze velden zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden.
Einstein kwam tientallen jaren geleden al tot de conclusie dat “Velden zijn het essentieelste van alles wat bestaat, niet materie.” Een overweldigend aantal onderzoeken hebben dit inmiddels bevestigd. Dat materie de grondslag is van alles wat bestaat is een wereldbeeld waarvan de geldigheidsdatum is overschreden, aldus Romain Goorman.
Einstein trok de conclusie dat niet materie maar energievelden het essentieelst zijn van alles wat bestaat.
Er zijn heel veel aanwijzingen dat er een universeel intelligentieveld bestaat die alle materie informeert en het vormgevingsproces aanstuurt. Op deze manier vormt zich ieder levend organisme van de kleinste bacterie tot de grootste walvis. Hoe dit kan, dit proces, overstijgt iedere vorm van menselijke intelligentie. Woorden schieten hier tekort.
Informatie komt uit het kosmisch intelligentieveld.
De intelligentie uit het veld wordt dus vertaald in bruikbare informatie. Sommige vooraanstaande wetenschappers beschouwen informatie als een basisbouwsteen van de natuur en hoogstwaarschijnlijk zijn intelligentie en informatie zo nauw aan elkaar verwant, dat we ze in één adem kunnen benoemen.” schrijft de auteur. Natuurlijk is er een groot verschil van niveau wat intelligentie betreft. Honden zijn waarschijnlijk intelligenter dan regenwormen, maar de ene hond is slimmer dan een andere.
Na zijn diepgaande onderzoek dat ik hier maar kort weergeef trekt Romain Goorman de conclusie dat intelligentie voorkomt uit enerzijds een externe bron in de vorm van een alles doordringend intelligentie-informatieveld dat alle vormgevingsprocessen aanstuurt. Anderzijds uit een interne bron: het vermogen om een ‘persoonlijk’ intelligent leerproces te ontwikkelen. De verleiding is hierbij groot om ervan uit te gaan dat dit intelligent leerproces bij dieren en vooral bij planten aanzienlijk kleiner zal zijn van bij mensen. In de rest van zijn boek wordt duidelijk dat dit nog niet zo voor de hand ligt en dat ook deze wereldvisie wel eens aan een grondige herziening toe zou kunnen zijn.
Intelligentie komt uit het alles omvattend intelligentie-informatieveld dat alle vormgevingsprocessen aanstuurt.
Het overgrote deel van het boek bestaat vervolgens uit vele onderzoeksresultaten rond de intelligentie van planten, dieren en mensen. Ik geef je hieronder slechts enkele aansprekende voorbeelden. Als je hiervan smult dan is dit boek echt een aanrader voor je!
Intelligentie bij planten zonder hersenen of zenuwstelsel. Echt?
Denk jij dat bomen zichzelf niet kunnen beschermen? Wat te denken van de acacia boom in Zuid-Afrika waarvan de bladeren graag worden opgegeten door de kudu, een soort antilope. In tijden van grote droogte als er veel teveel kudu’s hun blaadjes komen eten verhogen deze bomen het tanninegehalte in hun blad waardoor het spijsverteringsstelsel van de kudu wordt geblokkeerd waardoor kudu’s kunnen sterven. Zodra het evenwicht is hersteld verlagen de bomen het tanninegehalte en is het eten van de bladeren weer onschadelijk voor de kudu.
Denk jij dat planten geen geheugen kunnen hebben? Als een kruidje-roer-me-niet (Mimosa Pudica) aangeraakt wordt of schokken te verduren krijgt rolt ze haar bladeren op. De boodschap is: er zijn hier geen lekkere blaadjes te eten. Onderzoekers lieten de plant verspreid over een dag zestig keer vallen van 15 centimeter hoogte wat niet schadelijk bleek te zijn. De eerste keren rolde de plant alle blaadjes op maar na een periode van gewenning bleven ze open. De plant bleek het niet meer nodig te vinden zichzelf te moeten beschermen. Toen ze de plant op een trilplaat zette sloot ze wel onmiddellijk haar bladeren; het was dus geen kwestie van ‘vermoeidheid’. Toen na zes dagen de valpartijen werden herhaalt bleef de bladeren mooi open! De plant leek zich te herinneren dat ze van de valpartij niets te vrezen had. Zelfs na een pauze van veertig dagen bleven ze open. De onderzoekers stonden versteld van dit resultaat.
Het boek geeft voorbeelden van planten die kunnen ‘horen’, die ‘de tijd kunnen bijhouden’, die met elkaar communiceren via chemische signalen en die samenwerken middels een ondergronds netwerk.
Er zijn tal van voorbeelden bij planten die die allemaal wijzen in de richting van een vorm van intelligent optreden. Dit terwijl ze geen hersenen of centraal zenuwstelsel hebben!
Bouwkundige ingenieurs stellen voor de slijmzwam om advies te vragen!
Dit voorbeeld vond ik mindblowing. Een slijmzwam ziet eruit als een sponsachtige, gele massa die heel flexibel is en allerlei vormen kan aannemen afhankelijk van waar het ‘denkt’ voedsel te vinden. Het kan heel klein zijn maar ook meters groot en als je het in een petrischaal in honderd stukjes knipt zoeken ze elkaar op en vormen een nieuw conglomeraat.
De slijmzwam is door veel wetenschappers onderzocht omdat het heel intelligent uit de hoek kan komen
Onderzoekers in Japan knipten een slijmzwam in kleine stukjes en verdeelden deze verspreid over een doolhof met op 2 plekken voedsel. Binnen enkele uren had de slijmzwam van zichzelf een verbinding gemaakt tussen deze voedselbronnen via de kortste weg in het doolhof. Als een slang met de kop bij voedselbron 1 en de staart bij voedselbron 2. Om dit voor elkaar te krijgen moet echt je slim zijn!
Nog spectaculairder werd het toen ze een slijmzwam-in-stukjes loslieten op een plattegrond van een regio waar snelwegen moesten worden aangelegd tussen grote steden. Op de plekken waar steden waren werd voedsel neergelegd, bergen en meren werden zo weergegeven dat de slijmzwam hier een omweg voor moest bedenken. Toen bouwkundig ingenieurs naar het resultaat keken concludeerden ze dat het een netwerk van uiterst efficiënte planning was en ze het zelf niet beter hadden gedaan.
De onderzoekers suggereerden zelfs om bij de bouw van toekomstige snelwegen de slijmzwam te laten uitzoeken wat het beste traject is voor de constructie.
Intelligentie en empathie bij dieren.
Wist je dat tientallen jaren onderzoek heeft uitgewezen dat de inktvis waarschijnlijk het meest intelligente dier van de oceaan is? Je kunt ze in een glazen pot stoppen met een schroefdeksel (niet doen hoor!) waaruit ze zich soms binnen een minuut al hebben bevrijd. Krijg je een beetje een gevoel hoeveel intelligentie hiervoor nodig is? (Heb je de film My Octopus Teacher gezien? Echt een aanrader!)
Slim gedrag bij reptielen wordt vaak toegeschreven aan primitief instinct. Maar uit onderzoek blijkt dat sommigen kunnen tellen, op een logische manier problemen kunnen oplossen en samenwerken om voedsel te bemachtigen. Terwijl de ene varaan zich voordoet als een lekker hapje voor een vrouwelijke krokodil en haar weglokt van haar nest, sluipt een andere varaan haar nest in en smult van de eieren.
Bijen doen bij thuiskomst een dansje om precies aan te geven waar ze voedsel hebben gevonden. Inderdaad: zes verschillende locaties betekent dus zes verschillende dansjes! En dat niet alleen: werktuigen gebruiken om aan voedsel te komen is ook uitgebreid onderzocht. Wat te denken van een raaf die acht verschillende handelingen moet verrichten om een stukje voedsel te kunnen bemachtigen en daarbij gebruik moet maken van werktuigen zoals stokjes en keien? Wil je dit zien, klik dan hier.
Een aantal dieren vertoont niet alleen intelligentie maar ook empathie. Olifanten, dolfijnen, chimpansees zijn uitgebreid onderzocht en staan erom bekend dat familieleden of vrienden kunnen bijstaan of troosten en gevoelens van verdriet en rouw vertonen.
Intelligentie in de natuur is overal te vinden en ieder dier beschikt over de intelligentie die bij hem past. De vraag wie het meest intelligent is, is in daarom niet echt relevant.
Intelligentie bij mensen; waartoe dienen onze hersenen eigenlijk?
De auteur kijkt vervolgens ook nog naar de intelligentie van de mens waarbij hij focust op de intelligentie van ons biologische lichaam. De beschrijving hoe complex, onder een microscoop bekeken, de genezing van een flinke snee in je vinger werkt, is al heel wonderbaarlijk. Het is een proces dat zich afspeelt in onze cellen en heeft niets te maken met onze hersenen. Waardoor de vraag opkomt: waartoe dienen onze hersenen eigenlijk ?
Net als bij planten en dieren lijkt het erop dat de intelligentie van het menselijk lichaam aangestuurd wordt door een onzichtbare intelligentie die in het hele lichaam actief is.
Opnieuw rijst de vraag: wat is intelligentie? De mens heeft als enige dier op deze planeet de grootste moeite om in harmonie met zijn natuurlijke omgeving te leven. Oude mythes vertellen over een tijdperk waarin dit nog niet zo was. Misschien werd ons rationeel denkvermogen toen nog overschaduwd door intuïtieve vermogens? Het was een tijdperk waarin de mens inzicht, kennis en wijsheid verkreeg op basis van een diep gevoel van verbondenheid en eenheidsbewustzijn met de natuur en kosmos. Deze intuïtieve vermogens werden uiteindelijk ‘vergeten’ door de fascinatie voor de materiële en rationele kant van ons bestaan.
Het lijkt erop dat ons ‘rationele denkvermogen’ de mens belemmert zich harmonisch en duurzaam te integreren in het grotere ecosysteem waarin wij leven.
De vraag hoe we weer in contact kunnen komen met dit intelligentieveld waar andere wezens zo moeiteloos toegang toe lijken te hebben lijkt dan ook te vinden te zijn in het toelaten van stilte, reflectie en gevoelens van rust en harmonie. Alle spirituele tradities wijzen dan ook in deze richting.
Het intelligentieveld strekt zich uit tot in de verste uithoeken van het heelal.
Dit alles gezegd (dat wil zeggen geschreven) hebbende, trekt de auteur de conclusie dat het universele intelligentieveld niet buiten de natuur staat maar er een fundamentele eigenschap van is en dat het zich bovendien uitstrekt tot in de verste uithoeken van het heelal.
De Griekse filosoof Zeno van Citium schreef hierover 300 v.C. al iets interessants: “Iets dat niet leeft en zelf niet intelligent is kan nooit iets in het leven roepen dat intelligent is. Maar het universum schenkt wel onophoudelijk het leven aan intelligente wezens. Bijgevolg moet het universum zelf een levende intelligentie zijn.” Als de creativiteit van de natuur op aarde al zo’n diversiteit aan leven geeft, dan moet dat op het niveau van de kosmos quasi eindeloos zijn.
Nieuwe ontdekkingen op het vlak van kosmologie wijzen er dan ook op dat de kans dat er alleen leven zou bestaan op één enkele planeet quasi uitgesloten is.
Met andere woorden: we zijn kinderen van de kosmos en de kosmos is ook onderdeel van ons. Niets staat op zichzelf.
Alléén de mens kent de zoektocht naar zijn hogere Zelf.
Eencelligen, planten en dieren hebben geen behoefte aan een zoektocht naar geluk of zichzelf. De auteur schrijft dat we deze menselijke zoektocht kunnen zien als een poging om datgene terug te krijgen dat we van nature lang geleden wel bezaten: Onze verbinding met een dimensie die groter is dan wijzelf . Als je de dikke laag ballast van alle religies afkrabt dan is dit wat ze in essentie allemaal bedoelen. We zijn allemaal op zoek naar ons hogere Zelf.
Ik wil hier deze ‘samenvatting’ eindigen met een vraag die de auteur zich aan het eind van het boek stelt: “Kan een nieuw denken, waarbij intuïtie geherwaardeerd wordt en de mens zich weer een deel van het Grotere Geheel voelt, een ommekeer teweegbrengen? Kan hij de harmonie, die een wezenlijk kenmerk is van de manier waarop zijn cellen, organen en zijn hele lichaam functioneren, op het niveau brengen van zijn denk-en leefwereld.”
Dit zijn belangrijke vragen in dit tijdperk waarin wij leven. Ik denk dat het antwoord op beide vragen -ja- is. Ik probeer met deze site een klein steentje bij te dragen aan dat nieuwe denken. Ik raad je echt aan dit boek te lezen als bovenstaand je nieuwsgierig maakt en aanspreekt. Er staat zoveel méér waardevols in dan dat ik hier kan weergeven. Je kunt het boek hier bestellen.
Heb je een vraag of een onderwerp waar je graag een artikel over zou willen lezen? Laat dan hieronder je reactie achter.