Er zijn van die boeken die een deur openen naar een hele nieuwe wereld. Autobiografie van een yogi van Paramahansa Yogananda is er zo één. Toen ik eraan begon dacht ik nog: “Oei, dat is een flinke pil.” Het is namelijk een nogal dik boek. Maar al na een paar pagina’s zat ik middenin een avontuur dat lichter en boeiender voelde dan de kaft deed vermoeden. En voor ik het wist, kon ik het niet meer wegleggen. Er ging een hele nieuwe wereld voor me open waarvan ik het bestaan niet kende.
Het leest als een spannend jongensboek – maar dan eentje dat niet alleen je fantasie, maar ook je ziel voedt.
Wie was Paramahansa Yogananda?
Paramahansa Yogananda (1893–1952) was een Indiase yogi en spiritueel leraar. Als kind al was hij onverzadigbaar nieuwsgierig naar wijsheid en naar wat hij noemde ‘de verwezenlijking van God in hemzelf ‘. Misschien was dit niet zó bijzonder want hij herinnerde zich als kind vorige levens als yogi in de Himalaya.
Hij werd vooral bekend door zijn levensmissie om Oosterse filosofie en wijsheid naar het Westen brengen. In 1920 stapte hij op de boot naar Amerika. Daar gaf hij lezingen, inspireerde duizenden mensen met zijn boodschap en richtte de Self-Realization Fellowship op.
Bedenk even: in die tijd had in het Westen bijna niemand van yoga, meditatie of Oosterse filosofie gehoord. Yogananda wist dat maar al te goed. Hij schreef: “Een Oosterse leraar, die de Westerse lucht trotseert, moet gehard zijn tegen erger beproevingen dan die van de koude Himalaya.”
Zijn boodschap was eenvoudig maar krachtig: “Ieder mens kan een directe verbinding ervaren met het hogere – en ervaren dat het goddelijke en dus de liefde niet buiten ons, maar in ons woont.”
De enige rijkdom van India waren de grote yogi’s
Yogananda neemt je mee in zijn unieke levensverhaal vol ontmoetingen met wonderlijke yogi’s, bijzondere ervaringen en diepe inzichten.
Het boek is precies wat het zegt dat het is: een autobiografie. Het eerste hoofdstuk heet Mijn ouders en eerste levensjaren. Het laatste hoofdstuk is een terugblik op zijn leven. Daarin schrijft hij:
“Gedurende mijn wereldreis heb ik vaak verdriet gehad door het vele leed dat ik zag. In het Oosten is het lijden voornamelijk op materieel gebied, in het Westen in hoofdzaak op het gebied van de geest en de ziel.”
Zijn missie was duidelijk: dat laatste leed verlichten. Niet door beloftes van hemel of hiernamaals, maar door de ervaring van liefde, meditatie en dienstbaarheid in het hier en nu.
Yogananda bleef zijn hele leven trouw aan die missie. In zijn latere jaren slaat hij een brug tussen eeuwenoude Oosterse wijsheid en de nieuwe ontdekkingen van de (kwantum)wetenschap. Daarover straks meer.
Zelfs zijn overlijden was ongewoon. Op 7 maart 1952 gaf hij een toespraak in Los Angeles. Hij sprak liefdevol over India en de Verenigde Staten – landen die hij in zijn hart had verbonden. Direct daarna boog hij zacht zijn hoofd en verliet dit leven.
Voor velen voelde het alsof hij zelf het moment van zijn overgang had gekozen. Precies zoals hij had geleefd: bewust , in liefde en in verbinding met het Hogere.
Verwondering op elke bladzijde.
Het boek staat vol met verhalen die je zullen verbazen. Er waren hoofdstukken waarin mijn geest zich verruimde: er bleek zoveel méér mogelijk dan wij met ons gewone, westerse, verstand kunnen bevatten!
Door het lezen van dit boek realiseerde ik me dat er een hele andere wereld bestaat buiten die wij met onze vijf zintuigen kunnen waarnemen.
Dit boek nodigt je uit om de sluier tussen het zichtbare en onzichtbare op te tillen en het mysterie van het leven onder ogen te zien. Laat me twee korte passages met je delen om je hiervan een idee te geven.
De heilige met twee lichamen.
Toen Yogananda twaalf jaar oud was, kreeg hij van zijn vader de opdracht een brief te bezorgen bij een zekere Kedar Nath Baboe. Daarvoor moest hij eerst langs Swami Pranabananda. Tot zijn verbazing wist Pranabananda meteen wie hij was en waarvoor hij kwam. “Natuurlijk zal ik uitvinden waar Kedar Nath Baboe verblijft,” zei hij, en vervolgens deed hij ..… helemaal niets. Hij sloot zijn ogen en zakte in meditatie.
Yogananda begon zich na een tijdje af te vragen of er nog iets ging gebeuren. Een half uur later stapt tot zijn grote verbazing Kedar Nath Baboe de kamer binnen. Deze vertelt hem dat toen hij een half uur geleden aan het baden was in de Ganges, Swami Pranabanada naar hem toekwam en hem vroeg naar zijn huis te komen.
Yogananda was verbijsterd. Want al die tijd had hij tegenover Pranabananda gezeten – hij was geen seconde de kamer uit geweest.
De uitleg van de heilige? “Waarom ben je over dit alles zo verbaasd? De voor de meeste mensen verborgen eenheid van de waarneembare verschijnselen van deze wereld is voor de ware yogi niet verborgen. Ook mijn leerlingen kunnen elke grofstoffelijke hindernis nemen.”
De geurheilige.
Een ander kleurrijk figuur in Yogananda’s jeugd was Gandha Baba, ook wel de geurheilige genoemd. Zijn specialiteit: geuren en parfums laten ontstaan uit het niets.
“Welke geur wil je?” vroeg hij Yogananda met een glimlach.
“Rozen,” antwoordde de jongen. En tot zijn verbazing steeg er meteen een sterke rozengeur op uit het midden van zijn handpalm.
Yogananda besloot de proef op de som te nemen. Hij pakte een witte, reukloze bloem uit een vaas. “En kunt u deze bloem met jasmijngeur doortrekken?”
“Het zij zo,” antwoordde de geurheilige. En ja hoor: de bloem vulde de kamer met jasmijngeur.
Bij thuiskomst merkte zijn zus Oema op: “Je hebt parfum gebruikt! Nou, je wordt modieus!”
Daarmee wist Yogananda dat hij zich dit niet had ingebeeld.
Later hoorde hij dat Gandha Baba zelfs uit het niets mandarijnen kon laten verschijnen op een galafeest. En dat ze nog lekker smaakten ook!
Inzicht in de wet der wonderen.
Het boek staat vol met dit soort verhalen. Een yogi die rustig tussen duizenden muskieten sliep en nooit werd gestoken. Wonderbaarlijke verhalen over genezingen van tbc, epilepsie en verlammingen. Voor de nuchtere lezer uit het Westen bijna te bizar voor woorden.
Twijfel je aan de waarheid ervan? ‘Sterke verhalen’ zeg je? Begrijpelijk. Ik wist in het begin ook niet wat ik hiermee moest. Maar het bijzondere is dat Yogananda zélf uitleg geeft.
Zijn hele leven hield hij zich bezig met de macht van de geest over het lichaam en materie. Hoe kan het dat mensen wonderen kunnen verrichten vraagt ook Yogananda zich af. Hij schrijft: “De moderne wetenschap heeft er tot dusver geen antwoord op, hoewel met de komst van het atoomonderzoek het perspectief van de mens plotseling is verruimd.”
Later in zijn leven vindt hij de antwoorden. Dankzij de kennis van de kwantumfysica verklaart hij hoe yogi’s materie kunnen laten verschijnen en verdwijnen: een mandarijn, een geur, zelfs hun eigen lichaam.
Hij brengt de eeuwenoude inzichten van yogi’s samen met de moderne kennis van Einstein en de relativiteitstheorie. Hoe uniek is dat: een verlichte yogi die de kwantumfysica uitlegt! Als je wilt weten wat zijn verklaring is, adviseer ik je het boek te lezen. Ik zou het hier teveel uit zijn context halen en eerlijk gezegd: het is geen makkelijke kost!
“Het woord ‘onmogelijk’ verliest dankzij de moderne wetenschap steeds meer aan betekenis” schrijft hij.
Een spannend jongensboek dat je ziel voedt.
Als ik maar één boek mocht meenemen naar een onbewoond eiland, dan koos ik Autobiografie van een yogi. Ik zou er een leven lang mee vooruit kunnen. Het zit vol magische avonturen en wonderen, maar ondertussen voedt het niet alleen je brein, ook je hart en je ziel.
Zoals Yogananda het zelf samenvatte: “Uiteindelijk ontdekte ik dat ik verliefd was op de Liefde zelf, op God. Sindsdien proef ik die Liefde in alle ware harten.”
Ben je nieuwsgierig naar die Liefde? Of heb je gewoon zin in een avontuurlijk boek dat je kijk op de werkelijkheid verruimt? Dan is dit hét boek. Het opent deuren waarvan je niet eens wist dat ze bestonden. En geloof me: eenmaal geopend, wil je ze niet meer dichtdoen. Dus: gun jezelf dit avontuur.
Loop even langs je plaatselijke boekhandel (altijd leuker dan online) en neem Autobiografie van een yogi mee naar huis. Wie weet welke werelden er voor je opengaan.